defotopagina.nl
Sont 36
8226 AB
Lelystad
0320-282188
van 10-17 uur.
Sont 36
8226 AB
Lelystad
0320-282188
van 10-17 uur.
Prijzen incl BTW.
Onze energie houdt U mobiel 1999-2018 Kwaliteit heeft een Naam
Verklaring van begrippen en termen
Prismakijkers en spottingscopes
Blikveld of Beeldhoek De beeldhoek wordt gegeven in graden of in gezichtsveld op 1000m in meters. |
Dakkantkijkers Het meest compact en daardoor zeer populair bij buitensporters, omdat ze makkelijk in een jaszak passen. De kijker is compacter omdat het prisma op een slimme manier is geplaatst waardoor het beeld van objectief tot oculair zo ongeveer een rechte lijn doorloopt. Omdat dit om een nauwkeurige en arbeidsintensieve manier van produceren vraagt zult u deze techniek dan ook hoofdzakelijk bij de kostbaardere kijkers terugvinden. Uitgevonden door Moritz Carl Hensoldt en voor het eerst door hem op de markt gebracht in 1897. |
Fase correctie Door middel van een coating kan de faseverschuiving die optreedt bij dakkantprisma's opgeheven worden. Hierdoor gaat minder licht verloren en wordt het beeld helderder. |
|
Glas Driedimensionaal netwerk van silicaat (-Si-O-Si-) waarin zich allerlei kationen zoals natrium, kalium, magnesium en calcium bevinden. Glas stolt zonder de kristalvorm aan te nemen en blijft daardoor zeer doorzichtig. Door de amorfe structuur lijkt glas chemisch gezien meer op een vloeistof. . |
Vergrotingsfactor (bijv. 8x20) Dit betekent, een vergroting van 8 keer en een effectieve objectiefdiameter van 20 mm. Hoe groter de objectiefdiameter, hoe meer licht wordt ingevangen en hoe lichtsterker de kijker is. |
Helderheid De hoeveelheid licht die het netvlies per eenheid van oppervlak ontvangt, bepaalt de "helderheid" van het beeld. Is V de lineaire vergroting van de kijker, dan zal de hoeveelheid licht die tot het netvlies doordringt V2 maal zo groot zijn als bij het blote oog. (H.A. Lorentz) |
Porrokijkers Porrokijkers zijn wat groter dan dakkantkijkers omdat het prisma uit meerdere delen bestaat die naast elkaar in de behuizing van de kijker moeten passen. Een groot voordeel van porrokijkers is dat ze over het algemeen wat voordeliger zijn dan de dakkantkijkers. Onafhankelijk van elkaar uitgevonden door Ignazio Porro in 1854 en in 1870 door Prof. Ernst Abbe voor Zeiss. Door beperkingen in de optische kwaliteiten van kristal duurde het tot 1894 voordat de eerste Abbe/Porro prismaverrekijker op de markt kwam. Zie ook onderaan deze pagina. |
Infrarood Ook wel afgekort tot IR. Straling uit het niet-zichtbare spectrum met een golflengte van > 750 nm. |
|
Lichtsterkte Licht zal verloren gaan door terugkaatsing aan ieder brekend oppervlak en dus ook wanneer licht door lenzen en prisma's valt. De kwaliteit van de lenzen bepaalt de hoeveelheid licht die wordt gebroken. De waarde wordt berekend door de uittredepupil te kwadrateren. Een hogere lichtsterkte is in principe beter. De relatieve lichtsterkte is de lichtsterkte verhoogd met 50 % om de werking van coatings mee te nemen in de berekening. |
Onderhoud Verrekijkers hebben bijna geen onderhoud nodig. Vuile lenzen kunnen gereinigd worden met een zacht doekje. Zandkorrels kunnen met een blaasbalgje of een zacht kwastje zonder krassen van de lenzen worden verwijderd. Heel handig zijn de speciale reinigingspennen. Gebruik geen benzine of agressieve oplosmiddelen omdat deze de coating kunnen aantasten. Zeer vette lenzen kunnen met een beetje alcohol of zeepwater worden gereinigd. Lukt dit niet, geef dan een voorbehandeling met een minuscuul drupje petroleum. Indien er condens in een kijker zit, leg deze dan op een warme droge plaats. Bescherm uw kijker tegen vallen en stoten. |
Nanometer (nm) Eén miljardste deel van een meter. |
|
Objectief De lensgroep van de verrekijker die naar het object gericht is (de voorste lensgroep). |
Lichtsterkte Licht zal verloren gaan door terugkaatsing aan ieder brekend oppervlak en dus ook wanneer licht door lenzen en prisma´s valt. De kwaliteit van de lenzen bepaalt de hoeveelheid licht die wordt gebroken. De waarde wordt berekend door de uittredepupil te kwadrateren. Een hogere lichtsterkte is in principe beter. De relatieve lichtsterkte is de lichtsterkte verhoogd met 50 % om de werking van coatings mee te nemen in de berekening. Schemergetal Het schemergetal komt overeen met de wortel uit het product van vergroting en objectiefdiameter (in mm). Overdag worden de prestaties van een kijker alleen bepaald door de vergroting. In de schemering geeft het schemergetal de prestaties het beste weer, een hoog schemergetal is echter niet automatisch een garantie voor goede prestaties. Waarden Geometrische lichtsterkte is een relatief cijfer en wordt het meest gebruikt om de lichtkwaliteit van een kijker aan te geven. Ze is het kwadraat van de uittrede-pupil. Bij een 7x50 kijker wordt dit 50 : 7 = 7,15 7.15 x 7,15= 51,13. Nu zie je ook waarom een 7x50 kijker ook wel nachtkijker wordt genoemd. Overigens hebben de glaskwaliteit van de lens en de coating ook een zeer grote invloed op de lichtsterkte en de "brille" . Relatieve lichtsterkte: 51.04 Schemergetal: 14.49 Al deze waarden zijn slechts afhankelijk van 2 fysieke eigenschappen van de verrekijker, en houden weinig tot geen rekening met coatings, het soort glas en de nauwkeurigheid waarmee de kijker en prisma´s zijn gefabriceerd en gemonteerd. Ze dienen als een indicatie van de prestaties, maar zijn niet genoeg om een kijker uit te kiezen. Daarvoor zult u erdoorheen moeten kijken. Uittredepupil Dit is het lichte ronde vlekje, dat zichtbaar is in het oculair, indien men de kijker op enige afstand van het oog houdt. Gedefinieerd als de diameter gedeeld door de vergroting. Gezien de maat van de pupil zijn waarden tussen de 2 mm en 7 mm zinvol. Schemergetal Het schemergetal komt overeen met de wortel uit het product van vergroting en objectiefdiameter (in mm). Overdag worden de prestaties van een kijker alleen bepaald door de vergroting. In de schemering geeft het schemergetal de prestaties het beste weer, een hoog schemergetal is echter niet automatisch een garantie voor goede prestaties. wortel uit (vergrotingsfactor x objektiefdiameter. ) Bv. 8x21 schemergetal is wortel uit (8 x 21 )= 13 of 7x50 (7 x 50 )= 18,7 |
Oculair De achterste lensgroep, daar waar u doorheenkijkt. Deze is vaak af te stellen op een eventuele oogafwijking. |
|
Polycarbonaat Kunststof die veel wordt toegepast om lenzen van te maken. Zoals de naam al aangeeft is het een polymeer van carbonaten. |
|
Prisma Lenselement wat er voor zorgt dat het beeld niet ondersteboven staat en het mogelijk maakt de lentgte van de kijker te verminderen. Twee varianten worden veel gebruikt: porro en dakkant |
|
Schemergetal Het schemergetal komt overeen met de wortel uit het product van vergroting en objectiefdiameter (in mm). Overdag worden de prestaties van een kijker alleen bepaald door de vergroting. In de schemering geeft het schemergetal de prestaties het beste weer, een hoog schemergetal is echter niet automatisch een garantie voor goede prestaties. |
|
Spectrum Het kleurenspectrum is een reeks van golflengten. Het zichtbare licht heeft een golflengte tussen de 380 en de 750 nm. Aan weerszijden van het zichtbare spectrum bevinden zich Ultraviolet en Infrarood. |
|
Transmissie Brillen en lenzen laten bepaalde golflengten beter door dan andere. Het doorlaten van een bepaalde golflengte heet transmissie, uitgedrukt in %. Een heldere lens heeft een transmissie van bijna 100%, terwijl een donkere gletsjerbril vaak maar 9% van het zichtbare licht doorlaat. |
|
Ultraviolet Ook wel afgekort tot UV. Straling uit het niet-zichtbare spectrum met een golflengte van < 380 nm. |
Uittrede pupil |
|
Het Scherpstellen |
|
Dakkant (Roof type) of ZCF (Porro) : Deze aanduidingen
zeggen iets
over de constructie van het prisma. Bij een ZCF, ofwel Porro type,
zijn de prisma's op de klassieke manier geconstrueerd. Bij een DCF,
ofwel Roof type, zijn de prisma's boven elkaar geplaatst. |
BAK4: |
Toepassing | Ideale vergroting | Welke kijker zal ik kopen? Bij het kiezen van een verrekijker dient met een aantal aspecten rekening te houden. Een kijker met een groot objectief is lichtsterker dan een kijker met een kleine diameter, maar is hierdoor ook zwaarder. Een lichtgewicht kijker voor bijvoorbeeld trektochten heeft daarom meestal een vergrotingsfactor van 8x20 of 10x25. Bij gebruik in de schemering is juist de lichtsterkte van belang en zal een kijker met een groot objectief de voorkeur genieten. Het gewicht en het formaat zijn dan iets minder van belang. Wanneer u de kijker op een boot wilt gebruiken is het van belang een niet al te grote vergrotingsfactor te kiezen. Een grote vergrotingsfactor zal schommelingen ook vergroten en hierdoor kan het lastig zijn een rustig beeld te krijgen. Kijkers met een vergroting van bijvoorbeeld 7x50 zijn dan een goede keuze. Eventueel kunt u dan kiezen voor een (spat) waterdicht model. Natuurliefhebbers die een kijker willen gebruiken bij dagwandel- tochten kiezen v.a.ak voor een model dat niet al te zeer vergroot, maar dat wel lichtsterk is en een groot beeld geeft, zodat kleine, bewegende objecten goed te volgen zijn. Een 8x of 10x vergrotende kijker is dan erg geschikt. |
Algemeen | 7 x , 8 x | |
Astronomie | 10x,12x,16x,20x,30x | |
Beveiliging | 7 x, 8 x, 9 x | |
Concert | 6 x ,7 x | |
Jacht | 7 x, 8 x, 9 x | |
Observatie van Vogels & Vlinders | 8 x, 10 x | |
Observatie over grote afstanden | 10x,12x,16x,20x,30x | |
Observatie van vliegtuigen e.d. | 10 x, 12 x | |
Rugzaktoerisme | 7x, 8x, 9x | |
Theater/toneel | 3 x,4 x, 5 x | |
Vakantie en toerisme | 7x, 8x, 9x | |
Waterrecreatie | 7 x 50 |